Gemeente Eemsdelta Logo dat naar de hoofdpagina leidt presenteert:

STAAT IN EEMSDELTA

Kunst en architectuur in Eemsdelta

vergroot

afdrukken Kerk

Architectuur
toon vergroting Kerk
toon vergroting Kerk
toon vergroting Kerk

De Hervormde kerk van Meedhuizen is een zaalkerk voorzien van een ongelede toren met ingesnoerde spits. Delen van het muurwerk zouden nog uit de 13de eeuw stammen.

Ergens in de tweede helft van de 13de eeuw kwam een groep monniken met werklieden aan op de kleine zandrug, met de naam Mithuysen. Op de zandrug, omringd door veen, moeras en plas, stonden een aantal houten huisjes, bewoond door boeren, jagers en handelaren. Eeuwenlang al had de zandrug droge voeten gegeven aan vooral jagers, die vooral in de zomermaanden in de omgeving jaagden. De monniken kwamen waarschijnlijk van een klooster in de omgeving, bijvoorbeeld de Grijze Monniken van Termunten, of van Palmar, het verdronken hoofddorp in de Dollard. Misschien waren het monniken van Selwerd, Aduard of Appingedam. Ze hadden de opdracht gekregen om in Mithuysen een kerk te bouwen, van baksteen. Begonnen werd met het zoeken naar een goede kleiput, om kloostermoppen te vormen. Die werden te drogen gelegd in weer en wind. Toen de kloostermoppen droog genoeg waren, werden ze gestookt in ovens van baksteen. Het waren ervaren monniken, want de stenen werden goed doorbakken en sommigen voorzien van een glazuurlaag. Na een paar jaar van bouwen, stond er een zaalkerk zonder toren en met een dak van drie koepelgewelven van metselwerk. De kerk werd gewijd naar de heilige Laurentius. Zo ongeveer moet het rond 1265 eraan toe gegaan zijn in Meedhuizen.

In 2011 is de kerk ingrijpend gerestaureerd. De torenspits is aangepakt, gedeeltelijk is het metselwerk aan de buitenmuren opnieuw gevoegd, het uurwerk gerepareerd en het luidmechanisme nagekeken. Binnen in de kerk werd de oude stuclaag verwijderd waardoor de binnenmuren hun geheimen gingen prijsgeven. Pijlers voor de gewelven werden zichtbaar, vroegere raampartijen, nissen, stukken eikenhout waaruit bleek waar het koorhek had gezeten. Architect Willem van der Veen uit Groningen, had de leiding van de restauratie en heeft ervoor gekozen om de oude, oorspronkelijke bouwelementen voor een groot gedeelte zichtbaar te houden. Daarmee krijgt de bijna 750 jaar oude kerk er een historische dimensie bij.

Betekenis van de nissen

De nissen hadden allemaal een voor die tijd belangrijke betekenis. Bij de voorste banken zijn twee hagioscopen te zien. Een hagioscoop was een smal venster waardoor mensen, die niet in de kerk mochten komen (denk aan misdadigers, overspeligen, maar ook besmette en zieke mensen), toch de mis konden volgen. Want de kerk is als Roomse kerk gebouwd, dus was er een altaar. Er is ook een sacramentsnis, waar bekers, wijn en hostie bewaard werden. Aan weerszijden van het huidige kansel zijn twee zitnissen voor de priesters te zien. Daarnaast is een piscina te zien, de handwasplaats van de priester. Het gewijde water vloeide daar door een tuitje naar buiten en daar komt het gezegde: Gods water over Gods akkers laten lopen, vandaan. Tenslotte is er een nis waar de kaarsen bewaard werden, een kostbare lichtbron in die tijd. Naast de banken zijn in de lange muren twee gaten zichtbaar gelaten. Die geven aan waar de mannen- en vrouwenpoorten hebben gezeten bij de bouw. Want de poort aan de zuidkant van de kerk werd door mannen gebruikt en de noordkant (‘de koude kant’) door de vrouwen. Dat gold ook voor de hagioscopen.

Het oudste deel van de toren is gebouwd in het begin van de 19de eeuw en in de 20ste eeuw voorzien van een klamplaag. Oftewel: de oude toren staat in de huidige toren. Voordat de toren gebouwd werd, maakte men gebruik werd van een houten driepoot met een luidklok, tegenover de kerk aan de andere kant van de straat.
Rond 1700 werden de koepelgewelven verwijderd. Waarschijnlijk omdat die dreigden in te storten. Er kwamen zware balken en een dak, een ziende kap. Er was toen nog geen zoldering aangebracht. Dat gebeurde een halve eeuw later en toen ook werden nog meer balken aangebracht. Dendrochronologisch onderzoek (jaarringenonderzoek) heeft de leeftijd van de balken vastgesteld. De vele smeedijzeren trekstangen die te zien zijn, zijn eveneens aangebracht rond 1700. De balken en trekstangen waren nodig om de kerk letterlijk bijeen te houden. Vooral buiten aan de oostkant is goed te zien, dat de kerk zonder de trekstangen uit elkaar zou zijn gevallen. Waarschijnlijk ook in die tijd werden aan de zuidkant twee steunberen gemetseld. Daarvan is er nog maar een te zien. Volgens de historische bouwonderzoekers was de steunbeer bedoeld om tegenwicht te geven aan de zwaar hellende noordmuur.

bron en meer informatie: www.huisvanmeedhuizen.nl

Kenmerken

  • Locatie: Meedhuizen - Hoofdstraat 6
  • Plaats: Meedhuizen
  • Bouwjaar: Mogelijk 13de eeuw, toren 1803

Deze website wordt u aangeboden door de gemeente:



Met dank aan:

logo logo

Colofon | Proclaimer